Auteur: Theo Wubbolts
From Russia with Music, deel 1
Het overkomt je niet elke dag: een uitnodiging van een platenlabel om een tweetal live-opnames op multi-channel SuperAudio-CD bij te komen wonen; in dit geval van PentaTone. En nog wel in Rusland, met als reisbestemming Moskou en St. Petersburg. In de eerste stad staat een bezoek aan het wereldberoemde Bolshoi-theater op het programma en in de tweede aan de concertzaal die Filharmonie heet en naar verluid een schitterende akoestiek moet hebben.
De reis
Om de kosten niet de pan uit te laten rijzen - Europese luchtvaarttarieven zijn belachelijk hoog in vergelijking met transatlantische vluchten of vliegvakantie-reizen - koos ik voor een tussenstop in St. Petersburg eer in Moskou aan te komen. Even bellen met de contactpersoon van het Bolshoi en na een uur sta ik in mijn hotelkamer. Een blik op de stadsplattegrond leert me dat het Bolshoi letterlijk om de hoek is; op vijf minuten loopafstand.
Bij de ingang van het theater weet echt niemand waar die mensen van die opname dan wel zitten. Ik heb werkelijk alle gangen en kamers gezien, er speelde al een eerste voorstelling en na zes of zeven keer van garderobejuffrouw gewisseld te hebben ontdek ik achter het toneel een haspel met koperdraad en een kast met voedingsbuffer. Achter de deur zitten de mannen van Polyhymnia in de afluisterruimte…
Klank
De vijfkanaalsopstelling klinkt werkelijk fraai. De akoestiek van de zaal komt goed over: een echt ‘theatergeluid’, zoveel is al wel duidelijk. Wellicht valt het u ook op bij het luisteren naar opera op plaat of CD dat het òf naar niks klinkt òf veel te mooi. In het eerste geval komt dat natuurlijk door de orkestbak, alwaar de orkestmusici vaak half onder het toneelpodium verscholen zitten te spelen en dat is natuurlijk geen ideale positie om tot een mooie orkestklank voor in de huiskamer te komen. In het tweede geval omdat de labels een studio, bijvoorbeeld Studio 1 bij Abbey Road, of een concertzaal, bijvoorbeeld Sofiensaal in Wenen, nemen om de uitvoerenden zo optimaal te laten klinken. Welnu, dat laatste is natuurlijk niet conform de uitvoeringspraktijk. Omdat ik de zaal nog niet in kan - er ging een voorstelling, en aangewezen ben op de weergave via de luidsprekers - valt direct op dat de akoestiek van het Bolshoi zeer fraai is. Heel weinig nagalm, maar een goede definitie, tekstverstaanbaarheid, mooie spreiding en dito klank. Verder is frappant dat er enorme hoogteverschillen op de luidsprekers hoorbaar zijn. Nee, geen hoogte in frequentie, maar in plaatsing. Ik kom daar later op terug.
Repertoire
In het Bolshoi-theater zal ‘Ruslan en Ludmila’ worden uitgevoerd. U hebt vast wel eens de ouverture gehoord; opzwepende muziek met een aanstekelijk ritme. Hier in het Bolshoi wordt de hele opera uitgevoerd door solisten, koor en orkest, onder leiding van de nog jonge dirigent Alexander Vedernikov. De regie, een belangrijke functie bij een opera, is in handen van Viktor Kramer en hij heeft een decor ontworpen dat er uit ziet als een collegezaal: amfitheatrisch zijn twee ruitvormige plateaus voor het koor op het podium gebouwd met in het midden een derde constructie waar een tweede orkestraal ensemble plaats neemt.
De opera ‘Ruslan en Ludmila’ uit 1842 van Michael Glinka wordt gebracht in een bezetting die ‘authentiek’ genoemd mag worden: met een aantal instrumenten uit de tijd van de eerste uitvoering en op de lessenaar ligt de meest oorspronkelijke partituur van de componist. (Glinka was als componist grotendeels autodidact; hij kwam op doorreis door Europa Mendelssohn tegen, kende de muziek van Weber en ontmoette in Italië Donizetti en Bellini waar hij enkele lessen in compositie van kreeg, maar, en dat blijkt al tijdens de repetities in het Bolshoi, de muziek van Glinka is zeer oorspronkelijk ofwel origineel te noemen.)
De voorstelling
’s Avonds bij de voorstelling op zondag 27 april neem ik plaats in een loge op het niveau van parterre, links van de zaal, naast Boris Tevlin, artistiek leider en dirigent van het kamerkoor van het conservatorium van Moskou en zijn vrouw. Drie voorstellingen zijn totaal uitverkocht, dat is drie keer tweeenhalf duizend plaatsen! Wat opvalt is dat de gemiddelde leeftijd zeer laag ligt: veel jonge mensen tussen de twintig en dertig. Vanuit mijn plaats kijk ik achter de blazers, schuin het orkest in met goed zicht op de dirigent en het podium. Als de zaalverlichting dooft, kan de opera beginnen. Het leuke aan deze opera is dat er bijna een uur ‘gewone’ muziek in zit, ik bedoel zonder vocale inbreng. Leuk voor mensen die het niet zo op hebben met de typische manier van zingen die in opera nu eenmaal bon ton is. En in de orkestratie zitten heel wat ‘audiofiele’ trekjes. Zo ontdek ik een Erard piano, ik geloof gehoord te hebben uit 1827, die pal naast de harp, ook een Erard, staat. Geheel rechts, en dat ontrekt zich visueel aan mijn waarneming maar auditief in het geheel niet, het koper. Hoorns, trombones en trompetten zonder ventielen: moeilijk te bespelen want het komt geheel op de zogenaamde embochuur van de betreffende muzikant aan of het zuiver wordt. Bovendien een heel andere klank dan je gewend bent van een modern orkest te horen: niet zachter in luidheid maar van toon. In de vierde akte komt daar een glasharmonica bij. Op de foto is dit merkwaardige instrument te zien; het schijnt het enige instrument van Rusland te zijn. De bespeler heeft het zelf samengesteld en laat het tijdens een van de repetities even horen. Werkelijk grappig om ‘Kalinka’ te horen op een glasservies; kraakhelder en zeer zuiver van toon. Wat verder opvalt is de lage gemiddelde leeftijd bij het orkest, inclusief dirigent, koor en vocale solisten. Zou met de perestroika hier de oude garde plaats hebben gemaakt voor een nieuwe?
Intermezzo
Als muziekliefhebber en luisteraar thuis interesseert het mij hoe de microfoonopstelling eigenlijk wordt gekozen. Als in bovenstaand aangegeven, is het een nogal gecompliceerd karwei om een opera live op te nemen. Er valt weinig te manipuleren met de opstelling van de musici zoals dat mogelijk is in een studio. Is het inderdaad een hachelijke onderneming? Een vraag die ik voorleg aan Jean-Marie Geijsen van Polyhymnia International en als balance-engineer betrokken bij de opname in het Bolshoi-theater.
Jean-Marie Geijsen: “...
Een opera opnemen, zeker live, is het moeilijkste wat er bestaat voor een klassiek opname technicus. Opnemen betekent niet alleen de microfoons op de juiste plaats zetten en een goede muzikale balans maken. Wat minstens zo belangrijk is om de omstandigheden binnen (en buiten) de zaal te kunnen controleren. De mooiste sopraan aria wordt volledig geruïneerd als plotseling achter in de zaal de poetsvrouw begint te stofzuigen. Hoe complexer de productie, hoe groter het risico dat er iets mis gaat, zeker bij live voorstellingen met 2500 mensen in de zaal en nog eens 200 medewerkers achter de coulissen.
Als voorbereiding voor deze productie hebben de producer Job Maarse en ik de zaal bezocht en een live voorstelling bijgewoond. De reden was natuurlijk om de akoestiek te beoordelen maar ook om te zien of het publiek enigszins stil was tijdens de voorstellingen. De akoestiek is overweldigend, zeer ruimtelijk maar met extreem weinig nagalm waardoor het geluidsbeeld zeer gedetailleerd en doorzichtig blijft. De spraak verstaanbaarheid in de zaal is excellent en dit is een van de voornaamste eisen die aan de akoestiek van een operahuis worden gesteld.
Over het publiek waren we wat minder enthousiast, GSM telefoontjes blijken ook in Moskou zeer populair te zijn.
Een andere reden om het Bolshoi te bezoeken was om over de enscenering van de opera te praten. PentaTone staat voor kwaliteit, en een van de voorwaarden voor het doorgaan van deze productie was dat de opname direct in surround sound en DSD zou gebeuren. Dit houdt in dat ons maar 8 kanalen ter beschikking staan om de productie vast te leggen, en dat het geheel; groot orkest, 7 solisten, groot koor en banda, live, tijdens de voorstellingen gemixt moest worden met maar zeer beperkte mogelijkheden later in de studio eventuele onvolkomenheden te corrigeren. Voor de balance engineer betekent dit dat hij tijdens de voorstelling met één hand 4 kg aan partituren moet doorbladeren en met de andere vrije hand de balans moet maken.
Gaande de gesprekken met de regisseur en dirigent bleek echter dat de opera "semi staged" zou worden uitgevoerd. Semi staged betekend zoveel als een concertante uitvoering maar dan gekostumeerd en met uiterst beperkte bewegingen van de zangers. Hoe de opstelling zou zijn en met welke decor stukken was toen nog niet precies bekend, maar de mededeling "semi-staged" gaf bij ons de doorslag om deze uitdaging aan te gaan.
Stoorsignalen
Aangezien het een live-recording betreft, is het vanzelfsprekend van belang dat stoorsignalen van mobieltjes, horloges en mensen tot een minimumm beperkt dienen te blijven. Eigenlijk is het van de zotte dat er op gewezen moet worden dat de moderne mens zijn of haar houding op dit vlak moet corrigeren. Hoesten zal best eens gebeuren, dat is van alle tijden, maar de elektronische bliep kan geweerd. Het maakt het noodzakelijk een ‘knip’ te maken waarbij hierdoor een spanningsboog onderbroken moet worden en er uit een eerdere of latere opname, of zelfs uit de ‘patch’ muziek gehaald moet worden. Die zogenaamde patch is de sessie zonder publiek waar delen nog eens overgedaan worden omdat in het materiaal van de life-opname valse noten of ongelijke inzetten voorkomen. Inzetten, moeilijke loopjes et cetera moeten ‘mee’ naar huis om aldaar in het andere materiaal ge-edit te worden. In nauw overleg met de dirigent neemt de producer deze zaken door en met een telefoonverbinding tussen controlekamer en podium worden de takes opgenomen. Alles bij elkaar een vijf uur durende aangelegenheid. Maar, niemand klaagt, geen overtogen woord en een buitengewoon professionele houding. De musici geven elkaar een blijk van waardering als alles goed verloopt. Harmonie in muziek en bij collegae onderling.
Intermezzo
Jean-Marie, worden de spanningsbogen niet abrupt onderbroken als er in een fragment muziek wordt geknipt om een stoorsignaal of een foute noot te verwijderen?
Jean-Marie: “...
Ieder onnodige knip is er een teveel. Een stoorsignaal van bijvoorbeeld een telefoon is natuurlijk uitermate ergerlijk omdat men een knip moet maken, met alle muzikale risico's van dien, die eigenlijk niet nodig was geweest.
Het knippen of editen van een opname is een vast onderdeel van het opname proces en het is aan de producer om te bepalen waar de knippen moeten komen en aan de editor in de studio om de knippen onhoorbaar te laten passeren. Bij een slechte las of edit zal de muzikale zeggingskracht van de uitvoering er onder lijden. Bij een goed uitgezochte edit zal de uitvoering er echter beter van worden. Normaal gesproken worden spannings bogen zo min mogelijk onderbroken. Edits vinden hoofdzakelijk plaats aan het begin en einde van een fraserings boog. Enkele foute noten of stoorgeluiden kunnen worden verwijderd uit een spannings boog. Dit vraagt echter om een zeer ervaren editor met een gedegen muzikale achtergrond die de insert zo monteert zodat de muzikale lijn schijnbaar niet onderbroken wordt.
Opruimen
Na de voorstelling is het aanpoten geblazen om de opnamespullen weer ingepakt te krijgen. Podiumbouwers en ander technisch personeel staan eveneens onder zware tijdsdruk. Vooral de microfoons moeten tijdig in veiligheid gebracht worden. De vijfkanaals-ophanging staat centimeters van de lichtconstructie en als die naar beneden gehaald wordt, zullen de mics mogelijk schade oplopen. Het was een heel gedoe, die ‘spin’ op te hangen. Het Bolshoi is een theater voor tweeenhalf duizend bezoekers (parterre en zes balkonringen). Het plafond is derhalve een aardige hoogte en dientengevolge heeft het ophangen van de spin (dit is de door Polyhymnia engineers ontworpen constructie om de vijf hoofdmicrofoons aan te bevestigen) een hele dag werk gekost. Om deze af te breken moeten ook nog enkele halsbrekende toeren worden uitgehaald. Niettemin, de haspels, statieven, apparatuur en stroomvoorziening staan in relatief korte tijd in de controlekamer klaar om in de flight cases gezet te worden. Ik besluit vanwege het vroege vertrek uit het hotel, zeven uur, om de opnamecrew zelf de spullen in te laten pakken; iets dat ik ook graag liever zelf doe na een opname en dan heb ik nog geen fractie van wat bij zo’n opname allemaal meegenomen moet worden. Alles heeft zijn plaats en dat kun je zelf het beste doen.
wordt vervolgd